Inflections of totgeboren [adj.]
Nominativtotgeborene
Akkusativtotgeborenen
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborene
Akkusativtotgeborene
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborene
Akkusativtotgeborene
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborenen
Akkusativtotgeborenen
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborener
Akkusativtotgeborenen
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborene
Akkusativtotgeborene
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborenes
Akkusativtotgeborenes
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborenen
Akkusativtotgeborenen
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborener
Akkusativtotgeborenen
Dativtotgeborenem
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborene
Akkusativtotgeborene
Dativtotgeborener
Genitivtotgeborener
Nominativtotgeborenes
Akkusativtotgeborenes
Dativtotgeborenem
Genitivtotgeborenen
Nominativtotgeborene
Akkusativtotgeborene
Dativtotgeborenen
Genitivtotgeborener
(Pos.)totgeboren
(Komp.)totgeborener
(Super.)totgeborenst
Words with the same pattern :
verquirlt nahestehend ungut erkämpfend zurücksehnender hinpurzelnd durchladend privatisierend heranschmeißend interkulturell gewandelt fremdsprachlich heterogener großschnauzig anfordernd wirklichkeitsgetreu absattelnd pariert geboomt predigend ... (32261 mots)