Inflections of zerkrachter [adj.]
Nominativzerkrachtere
Akkusativzerkrachteren
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachtere
Akkusativzerkrachtere
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachtere
Akkusativzerkrachtere
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachteren
Akkusativzerkrachteren
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachterer
Akkusativzerkrachteren
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachtere
Akkusativzerkrachtere
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachteres
Akkusativzerkrachteres
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachteren
Akkusativzerkrachteren
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachterer
Akkusativzerkrachteren
Dativzerkrachterem
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachtere
Akkusativzerkrachtere
Dativzerkrachterer
Genitivzerkrachterer
Nominativzerkrachteres
Akkusativzerkrachteres
Dativzerkrachterem
Genitivzerkrachteren
Nominativzerkrachtere
Akkusativzerkrachtere
Dativzerkrachteren
Genitivzerkrachterer
(Pos.)zerkrachter
(Komp.)zerkrachterer
(Super.)zerkrachterst
Words with the same pattern :
verquirlt nahestehend ungut erkämpfend zurücksehnender hinpurzelnd durchladend privatisierend heranschmeißend interkulturell gewandelt fremdsprachlich heterogener großschnauzig anfordernd wirklichkeitsgetreu absattelnd pariert geboomt predigend ... (32261 mots)